fbpx
Home » Pim Verbeek vocht met kwetsbare knieën voor zijn jongensdroom als voetballer​​

Pim Verbeek vocht met kwetsbare knieën voor zijn jongensdroom als voetballer​​

06 maart 2019 - 10:53

In de rubriek Kasteelkanjers wordt het vizier gericht op oudspelers die Sparta in het roodwitte shirt extra kleur hebben gegeven. In de rij der memorabele smaakmakers belicht Louis Du Moulin  ditmaal centrale verdediger/middenvelder (en kersvers bestuurslid) Pim Verbeek, die in de jaren ’70 deel uitmaakt van de ploegen van Cor Brom en Mircea Petescu, totdat steeds terugkerende knieproblemen hem tot stoppen dwingen. Waarna hij  als trainer over de hele wereld naam zal maken.

Pim Verbeek (van 12 maart 1956) is in de jeugd van Sparta als robuuste, onverschrokken verdediger een geweldige belofte, die het ongetwijfeld tot het eerste elftal zal schoppen. Toch zal zijn debuut in de roodwitte hoofdmacht meer voeten in aarde hebben dan algemeen verwacht. Want de zoon van ex-rechtsback Koos krijgt in toenemende mate last van z’n knieën, moet diverse operaties ondergaan en wordt in 1975 door de bekende sportarts Rein Strikwerda zelfs afgekeurd voor het betaalde voetbal. ​

Gezegend met een ouderwetse Spartaanse mentaliteit knokt Pim zich echter terug, vooral op basis van een enorme zelfdiscipline en eigen inzicht. Gaandeweg gloort er meer en meer hoop op een hervatting van zijn jongensdroom, die in de zomer van 1977 ook inderdaad tot veler verrassing kan worden vervolgd: blessurevrij meldt Verbeek  zich onverwacht bij Kasteelheer Cor Brom, die hem graag opneemt in zijn selectie. Twee maanden later is het dan eindelijk zover, wanneer de stugge doorzetter voor het eerst mag aantreden in Sparta 1 tegen AZ ’67 als invaller voor Michel Valke. ​

Linksback
De rest van dat mooie seizoen (afgerond als vijfde) blijkt Verbeek een waardevolle kracht, ook al speelt hij niet altijd op zijn favoriete plek centraal achterin. ,,Daar stonden al goed functionerende spelers als Luuk Balkestein, Ton Marijt en ook wel Frank Weerdenburg, dus was er flinke concurrentie,” vertelt Verbeek. ,,Ik kwam daarom op de linksbackplaats terecht en dat ging me eerlijk gezegd niet slecht af. Maar, uiteindelijk was ik toch rechtsbenig, was dat toch niet ideaal. Toen even later Adri van Tiggelen vanuit Oud-Beijerland naar Spangen kwam, was het met dat avontuur snel gedaan. Aadje was gewoon de betere voor die positie.”​

De kwetsbare knieën blijven hem parten spelen, waardoor  Pim niet week in week uit in actie kan komen. In zijn tweede jaar bij de A-selectie, geleid door de Roemeense  coach Mircea Petescu, belandt hij op het middenveld, waar hij gezien zijn defensieve  kwaliteiten snel een centrale rol zal innemen. ,,Voor de verdediging ballen wegkoppen of afpakken en ze dan meestal meteen inleveren bij Michel Valke, Leen de Goeij, Ruud Geels of René van der Gijp, die er dan wel iets creatiefs meededen,” aldus Verbeek, die zich ook nog de directe concurrentie met nieuwkomer Louis van Gaal herinnert. ,,Louis had aanvankelijk veel moeite om bij Sparta zijn draai te vinden, daarom kreeg ik nogal eens de voorkeur, als ik tenminste fit was. Later heeft hij zijn kansen gegrepen en het nog jarenlang geweldig gedaan.”​

Winnende goal
Een van Verbeeks sterke wapens, zijn kopkracht, levert Sparta op 5 november 1978 een even spectaculaire als benauwde zege op Ajax op: ongeveer vanaf de penaltystip zet hij zijn hoofd tegen een hoge voorzet van Joh van Zoest, waarop de bal achter de kansloze Piet Schrijvers in het doel verdwijnt, 1-0. ​

Ander, vooral persoonlijk hoogtepunt waar Pim op kan terugkijken is in de daaropvolgende jaargang het gezamelijke optreden met zijn broertje Robert uit bij Go Ahead Eagles. ,,De enige wedstrijd van ons samen in het eerste,” aldus de oudere van de twee Verbeeks. ,,Helaas was die pot ook het begin van het einde voor mij. Cees van Kooten, die grote, logge spits van Go Ahead landde bij een luchtduel boven op mij, waardoor het weer mis was met mijn  linkerknie. Mijn voorste kruisband was gescheurd, na alle eerdere ellende zou dit de genadeklap betekenen.”​

Dankzij Luuk Balkestein​
Tegenwoordig zou veel van zijn lichamelijke leed voorkomen kunnen zijn, weet Verbeek zeker, maar eind jaren ’70 is de sportmedische wetenschap daarvoor nog niet genoeg ontwikkeld. Nog voor zijn 24-ste verjaardag is Pim als prof uitgevoetbald, hij zit stuk, laat zich ook op het Kasteel niet meer zien. Gelukkig kan hij wel verder als gymleraar en niet veel later ook als trainer. ,,Dankzij Luuk Balkestein ben ik de nodige cursussen gaan volgen. Moet je echt doen, riep hij steeds, zelf had ik er niet ineens zoveel zin in. Met onze opleiding aan de HALO (Haagse Academie voor Lichamelijke Opvoeding) achter de rug, hadden we een behoorlijke voorsprong op de andere cursisten, dus hebben we eigenlijk vrij soepel onze diploma’s gehaald.”​

Petescu en Dorjee
Verbeek eerste klus in het ‘broodvoetbal’ is (in 1981) als assistent-trainer bij DS’79, waar de eerder bij Sparta ontslagen (en eind vorig jaar overleden) Mircea Petescu hem inlijft. ,,Van die man heb ik ontzettend veel geleerd. Hij was een echte tactische trainer, revolutionair, want zijn tijd ver vooruit. Het analyseren van je tegenstander, zoals hij deed, dat deed nog geen enkele andere trainer in die tijd,” meent Verbeek, die in Dordrecht ook nog zal dienen onder Petescu’s opvolger Hans Dorjee. ,,Eveneens een prachtvent, waar ik veel van heb opgestoken en altijd een warme band mee heb gehouden, tot aan zijn dood (in 2002).”​

Terug op Kasteel​
Na DS ’79 wordt Pim Verbeek hoofdtrainer bij Unitas in Gorinchem, daarna bij De Graafschap. Het is de opmaat tot een buitengewoon rijke, internationale carrière als baas op de bank, die hij onlangs als bondscoach van Oman heeft beëindigd. Die stap heeft hem de ruimte gegeven om terug te keren naar zijn eerste en grootste voetballiefde Sparta, dat hem inmiddels heeft mogen benoemen tot uitvoerend bestuurslid met als portefeuille voetbaltechnische zaken.  ​