Sparta op 8 oktober

Op de 8^e van oktober werd er slechts twee keer afgetrapt op het Kasteel. Beide ontmoetingen rond 1970 eindigden met dezelfde uitslag, een 3-0 zege. De tegenstanders waren wel van verschillend niveau.

In 1967 was dat stadgenoot Xerxes dat in het seizoen ervoor was gepromoveerd, maar uit geldgebrek met DHC uit Delft was gefuseerd. De ME had in de nacht ervoor in Amsterdam ingegrepen bij een uiterst dreigende samenkomst bij het Lieverdje op het Spui, dat door jongeren werd overgoten met witte verf en werd beplakt met oranje nummertjes. Van enige opwinding daarover was bij de 18.000 kijkers op Het Kasteel geen sprake. Zij waren na de 1-5 overwinning de week eerder op PSV in Eindhoven vol verwachting gekomen, maar van veel opwinding over het vertoonde spel was evenmin sprake. In een laag tempo spelend Sparta was tweemaal succesvol door Nol Heijerman, vers aangekocht van Xerxes. Na een half uur liet hij de halve Delftse defensie en doelman Eddy Treijtel zijn hielen zien. Zeven minuten later vond hij in een fraaie duikvlucht weer koppend het net. Na de rust wist alleen Lambert Verdonk een van de vele kansen te benutten. De van Velox overgekomen Willem van Hanegem was op het middenveld een dragende speler maar kon geen potten breken tegen Sparta. Jan van Beveren in het Spartaanse doel werd niet op de proef gesteld.

De club waar Faas Wilkes en Coen Moulijn waren opgegroeid deed het overigens niet slecht want zij eindigde als zevende, twee plaatsen onder Sparta in de middenmoot. Enkele jaren later werd de verlies lijdende club toch opgeheven en de voornaamste onderdelen van de spelende boedel werden door Feijenoord overgenomen.

Vijf jaar later was Jan van Beveren weer actief op het kasteel, maar nu als PSV-doelman. Hij hield zijn doel niet schoon en bezorgde Sparta zelfs even na rust een penalty door Van Staveren neer te halen. Hoewel Lange Jan heftig beweerde dat Arie tegen zijn arm opliep voltrok Jan Klijnjan het vonnis koelbloedig via de binnenkant van de paal. Het was al de tweede strafschop in de wedstrijd want 7 minuten voor rust was Sparta vanaf de stip op 1-0 gekomen door Bosveld die ook via de binnenkant van de (andere) paal scoorde. Het was jammer dat Sparta op deze manier aan twee doelpunten moest komen want het briljante aanvalsspel had toch een handvol doelpunten kunnen opleveren die dan op normale wijze tot stand hadden kunnen komen. PSV werd van het kastje naar de muur gestuurd en Pim Doesburg moest in het Rotterdamse doel alleen in actie komen om een afstandsschot van Willy van de Kuijlen uit de bovenhoek te tikken..

PSV maakte verder een zeer onzekere indruk en volgens coach Rijvers leden veel van zijn spelers aan het besef dat zij er niet veel van konden. Deze uitspraak werd bevestigd door het onhandige optreden van de Eindhovense verdediger Peter Kamper. Hij gaf het laatste zetje aan een fraaie boogbal van Bosveld over Van Beveren heen. Sparta eindigde dat jaar als vierde met liefst 85 gescoorde goals, PSV werd ondanks de lage dunk van Kees Rijvers toch nog zesde en Jan van Beveren kon getroost worden met het feit dat hij twee doelpunten minder tegen kreeg dan Pim Doesburg…