Sparta wint beker na verlenging
Een anoniem seizoen eindigt in de middenmoot, mede door een goede eindspurt van 15 punten in 10 wedstrijden. Voor het eerst in het betaalde voetbal krijgt Sparta wel meer goals tegen dan het zelf scoort: 46-50. In de beker gaat het beter. We verslaan Excelsior en Volendam op het Kasteel en kruipen in de kwartfinale tegen ’t Gooi door het oog van de naald. Pas in de laatste minuut maakt Adelaar gelijk en hij scoort ook in de verlenging de 3-2. De halve finale tegen Wageningen in Nijmegen is bij rust nog 0-0, maar drie kwartier later staat er 7-1 op het scoreboord. We bereiken de finale tegen DHC, die in overleg met de tegenstander op het eigen Kasteel wordt gespeeld. Deze wedstrijd, voor Tonny van Ede de 500e in het eerste, kent een spectaculair einde. Na een doelpuntloze 90 minuten onder voortdurende regenval is het nog 0-0. In de verlenging raakt Dorjee namens DHC (weer) de lat waarna de tegenaanval eindigt met een doelpunt van Piet van Miert die na een misser van keeper Lagarde de bal in het doel frommelt. Dat brengt direct de beslissing.